Nostoc
Ik had al foto’s van deze soort genomen, maar had ze nog niet kunnen identificeren.
Waren het afgestorven plantendelen, wieren, zwammen of uitwerpselen? Ik wist het niet. Gelukkig was er natuurgids Peter de Ridder, die tijdens een wandeling de groep attent maakte op deze soort. Eenmaal een naam, kan je informatie opzoeken en gaat alweer een nieuwe wereld voor je open…
Bacteriën zijn bijzonder kleine organismen, die zelfs met een gewone microscoop amper te zien zijn. Je hebt een vergroting nodig van 500 x of meer om ze waar te nemen. Het is dan ook opvallend dat nostoc met het blote oog te zien is. Dit heeft er mee te maken dat vele miljarden van die bacteriën aan elkaar geclusterd zitten.
Nostoc is een geslacht van cyanobacteriën (blauwalgen).

Naamgeving
De naam Nostoc werd voor het eerst geïntroduceerd in de 16de eeuw door de Zwitserse natuuronderzoeker Paracelsus. De naam werd vermoedelijk afgeleid van een oud woord dat “druppel” of “vochtige substantie” betekent, verwijzend naar het gelatineuze uiterlijk van deze bacteriën.
Vertaling
Engels: Nostoc, Star jelly
Frans: Nostoc, Crachat de lune
Duits: Nostoc, Zitteralge
Voorkomen
Nostoc komt wereldwijd voor in allerlei habitats, zoals in water, op vochtige bodems en zelfs in woestijnen, poolgebieden en op vulkanische gronden. Tijdens droogtes kan Nostoc verschrompelen tot droge velletjes, maar in natte omstandigheden kan het weer opzwellen tot een geleiachtige massa.
De soort is dan ook het gemakkelijkst te vinden tijdens vochtige periodes. Kijk op parkings, braakliggende gronden, tussen mossen, op zandgronden enz.

Beschrijving
Nostoc is opgebouwd uit ketens van kleine, bolvormige cellen (trichomen), die omringd zijn door een slijmlaag. Deze slijmlaag beschermt de bacteriën tegen uitdroging en biedt bescherming tegen extreme omstandigheden.

Cyanobacteriën kunnen aan fotosynthese doen en liggen vermoedelijk aan de grondslag van al het plantaardig leven op aarde (zie verder). Heterocysten binnen de celketens kunnen bovendien stikstof uit de lucht binden.

De massa kan variëren in grootte, van kleine korrels tot grote structuren die enkele centimeters in diameter kunnen worden.
De kleur varieert van groen over bruin tot zwart (bij droogte).

Nostoc kan een symbiotische relatie vormen met allerlei organismen, zoals mossen (levermossen), korstmossen, schimmels (Geosiphon pyriformis),varens en sommige soorten planten. Hun vermogen om stikstof uit de lucht vast te leggen (stikstoffixatie) of voedingsstoffen aan te maken door fotosynthese spelen daarbij een grote rol.
Voortplanting
Nostoc vermenigvuldigt zich voornamelijk ongeslachtelijk. Dit gebeurt door fragmentatie (splitsing) van de draadvormige filamenten.
Onder ongunstige omstandigheden kan Nostoc ook akineten vormen. Dit zijn grotere cellen die extreme droogte of kou kunnen overleven. Wanneer de omstandigheden verbeteren, kunnen deze akineten actief worden en nieuwe kolonies vormen.
Gebruik
Sommige soorten Nostoc worden in Azië gegeten of gebruikt in de traditionele geneeskunde.
Nostoc zou stoffen (kunnen) produceren die allerlei interessante toepassingen kunnen hebben in de medische sector.
Ook wordt het gebruikt als meststof en zou het verwerkt kunnen worden in biobrandstof.
Gevaren
In de zomer wordt wel eens gewaarschuwd voor blauwalgen. Het betreft hier meestal de cyanobacterie Microcystis, die verschillende toxines produceert die schadelijk kunnen zijn voor mens en dier. Algenbloei door Microcystis komt voornamelijk voor in stilstaande of langzaam stromende wateren.
Wetenswaardigheden
Er zijn interessante evolutionaire connecties tussen cyanobacteriën, planten en al het andere leven op aarde.
Tegenwoordig wordt aangenomen dat chloroplasten (bladgroenkorrels) in hogere planten afstammen van cyanobacteriën en door symbiogenesis of endosymbiose werden geïntegreerd in de voorlopers van onze huidige planten. Zonder cyanobacteriën zouden planten, zoals we die nu kennen, wellicht niet bestaan.
Een vergelijkbaar proces zou ook hebben plaats gevonden met de mitochondriën in onze cellen. Die zouden afstammen van vrijlevende bacteriën (Rickettsia), die in symbiose gingen samenleven met een gastheer en zo de loop van de evolutie mee bepaalden.
https://en.wikipedia.org/wiki/Symbiogenesis
https://nl.wikipedia.org/wiki/Mitochondrion
Voor de komst van de cyanobacteriën was er nauwelijks of geen zuurstof in onze atmosfeer. Het leven bestond toen enkel uit soorten die konden overleven zonder zuurstof, vermoedelijk anaerobe bacteriën en later ook cyanobacteriën. Deze laatsten bezitten het pigment chlorofyl, waarmee ze door binding van CO2 en H2O (water) onder invloed van zonlicht, glucose kunnen aanmaken.
Zuurstof (O2) is tijdens dit proces een afvalproduct en dat hoopte zich in de loop der tijden op in de atmosfeer (tot de 21% heden ten dage). Wellicht is het dankzij die zuurstof dat meercellige organismen konden ontstaan en de evolutie van het leven in een stroomversnelling kwam.

Referenties en meer info:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Nostoc
https://en.wikipedia.org/wiki/Nostoc
https://microscopievandenatuur.nl/cyanobacterien
https://www.inaturalist.org/guide_taxa/711578
https://pmc.ncbi.nlm.nih.gov/articles/PMC5865699
https://www.gerbeaud.com/jardin/decouverte/nostoc-crachat-de-lune,1773.html
https://bygl.osu.edu/node/1258
Bijzonder interessante levensvorm. Ik kende dit niet. Weer iets om eens op te sporen.
Bedankt om het te delen.